vrijdag 7 december 2007

"IJSBEER STERFT UIT"



Het is gedurende de afgelopen jaren en maanden al vaak van de daken geschreeuwd: “Het ijs op de Noordpool smelt en de ijsbeer zal hierdoor met uitsterven worden bedreigd”. Er waren zelfs berichten in de media die glashard beweerden dat door het smelten van het ijs, de ijsbeer zou verdrinken.

De grafiek hiernaast toont ons het temperatuurverloop op Groenland van 4000 jaar geleden tot heden. Gemeten naar de maatstaven van de klimaatalarmisten, zou de ijsbeer dus al veel eerder uitgestorven moeten zijn!

Ook toen de temperatuur ruim drie graden hoger lag dan nu, heeft dat de ijsbeer geen schade berokkend. Doemberichten echter leveren 'nieuws' op, en dus hebben goede berichten over de ijsbeer per definitie GEEN nieuwswaarde. Wij zijn door de media al zodanig gehersenspoeld dat we de doemberichten over het klimaat in het algemeen en de ijsbeer in het bijzonder als vaststaande 'feiten' tot ons nemen. Dat we daardoor de fabels en werkelijke feiten niet meer kunnen onderscheiden, zou tot nadenken moeten stemmen, maar helaas... dat station zijn we blijkbaar al lang gepasseerd.
Toch zijn er met de regelmaat van de klok wel degelijk positieve berichten te melden. Daarvoor hoeft men alleen maar te zoeken op het World Wide Web.

De Canadese ijsbeerbioloog, Mitch Taylor, heeft in een rapport aan de U.S. Fish and Wildlive Service geschreven dat de ijsberen zich aanpassen aan hun leefomgeving, en dat ze niet in de verdrukking zullen komen door mondiale opwarming.

Volgens Taylor geeft het aantal ijsberen in het wild geen reden tot paniek:
● Van de 13 ijsbeerpopulaties in Canada, zijn er 11 stabiel of nemen in aantal toe.

● Alhoewel er wordt gezegd dat de huidige populatie ijsberen afneemt tot 22.000 á 25.000, waren er een halve eeuw geleden slechts 8.000 tot 10.000 ijsberen.

● De toename sindsdien was het gevolg van jachtbeperkingen.

Wat betreft het verlies aan gewicht van de beren; het wordt mogelijk veroorzaakt doordat de toegenomen populatie wedijvert om dezelfde voedselvoorraad, waaraan, ironisch genoeg, een beetje opwarming een positieve bijdrage zou kunnen leveren:

● Een reductie van de ijsbedekking creëert een betere habitat voor de zeehond, die voor ijsberen het voornaamste voedsel is.

● Op land kan de blauwe bes, die een delicatesse is voor de ijsbeer, wel eens overvloedig toenemen; Taylor zegt dat hij ijsberen heeft gezien die zoveel bessen hadden gegeten dat ze zich waggelend voortbewogen.

“Het leven kan goed zijn,” zegt Taylor, “maar goed nieuws over de ijsberenpopulaties lijkt niet erg welkom te zijn voor de klimaatalarmisten. Het is te gek voor woorden om de verdwijning van de ijsbeer te voorspellen binnen 25 jaar, gebaseerd op door de media ondersteunde hysterie.”